Liskeshoeve

van bouwval tot droomhuis

vrijdag 28 maart 2008

Op de keper beschouwd

Het is gewoon leuk om als in een discussie met een expert op een voor jou onbekend terrein, als vanzelfsprekend met wat termen te strooien. Als het gesprek gaat over dakpannen, dan kan onderstaand plaatje nuttig zijn om je vocabulaire wat bij te spijkeren:

1: eindkapje
2: dubbelwelpan
3: normale pan
4: vorst
5: broekstuk
6: ventilatiepan
7: eindvorst
8: doorvoerpan
9: gevelplaat
10: hoekkepervorst
11: sluitplaat
12: hoekkeperbeginvorst
13: kilgoot
14: rechter gevelpan
15: linker gevelpan

En dat terwijl onze (al eerder besproken) knikpan hier nog niet eens genoemd wordt...

Ik werd wel even getriggerd door het woord 'keper': zou de uitdrukking 'op de keper beschouwd' hier iets mee te maken hebben? Maar nee - dit spreekwoord heeft betrekking op de keper uit de weverij, het patroon dat ontstaat door de manier waarop de ketting en de inslag door elkaar gevoerd worden. Inderdaad moet je daar wel even in detail naar kijken voordat je weet met wat voor keper je te maken hebt.

Wij houden het dus maar bij de keper als dakspant. Maar op de keper beschouwd heb je hoekkepers en kilkepers. En zo simpel is dat allemaal nog niet: zo stuitte ik op een 2-daagse cursus bestemd voor bouwvakkers die kilkepers moeten gaan maken. Hopelijk heeft onze aannemer dergelijke vakmensen in dienst, want met name het maken van de uitslag van de kepers en de gordingen schijnt behoorlijk nauw te komen...

Onder de pannen

De nieuwe Liskeshoeve krijgt een kap met dakpannen, gedeeltelijk bedekt met riet. De architecten opteren voor de keramische Tuile Du Nord als dakpan. Wij gaan zelf voor de naturel uitvoering, want een glanzend dak met verglaasde pannen lijkt ons niks. Dit beperkt ons wel tot twee kleuren: natuurrood en blauw gesmoord:
De rode pan is wel heel erg 'rood', vooral als ze nog nieuw zijn - later worden ze wat minder dominant doordat ze gepatineerd worden door het weer. De donkerblauwe pan is wat gedistingeerder, en contrasteert wellicht ook beter met het riet. Maar aangezien de pannen doorlopen op de zijgevels middels een knikpan, is het wel een groot (en misschien wat somber) donker oppervlak. Kan je natuurlijk weer wat opleuken door een fleurige beplanting, dat wel.

En voorts nog een klein, maar niet onbelangrijk detail: de blauwe pan is 30% duurder dan de rode pan. Dit komt door de extra bewerking: de onbewerkte natuurrode pan wordt nogmaals in de oven gezet, waardoor alle zuurstof uit de pan wordt onttrokken. Dit resulteert in de diep-blauwe kleur. Maar dit geeft op de hoeveelheid die wij nodig hebben, zo'n 4000 stuks, toch een behoorlijke meerprijs voor de blauwe pan. Niet voor niets luidt het gezegde: "we zitten onder de pannen"...

Dus een lastige keuze: rood of blauw? Doet me opeens denken aan mijn lievelingsfilm 'The Matrix', waar Neo voor de moeilijke keuze staat om de rode of de blauwe pil te nemen.

Als Morpheus onze architect was, dan zou hij waarschijnlijk zeggen: "You take the red tile and the story ends. You wake in your bed and believe whatever you want to believe. You take the blue tile and you stay in Wonderland and I show you how deep the rabbit-hole goes. Remember: all I am offering is the truth, nothing more".

Maurits soufleert: "De gesmoorde pan geeft een rustig, terughoudend beeld, en zorgt ook voor een gedistingeerde combinatie met het riet". Mmmm - zullen we dan toch maar voor de antractiet-kleurige dakpan gaan?


donderdag 27 maart 2008

De betekenis van Schoor

Nog weer verder op zoek naar de achtergrond van de Liskeshoeve, stuitte ik op de betekenis van het woord 'Schoor'. De definitie van schoor blijkt te zijn 'aangewassen grond': aangeslibd land dus. Heeft ongetwijfeld te maken met het engelse 'shore'.

Elders in Nederland vinden we 'Het Schoor': een streekje in de gemeente Winsum in de provincie Groningen. Hoewel het niet op de topografische kaart is te vinden wordt het door de gemeente wel genoemd als een van de kernen van de gemeente. Het Schoor ligt langs het Reitdiep, boven Ezinge.

Weer terug naar ons mooie kerdorpje. Klaarblijkelijk is Schoor dus ontstaan op een via aanslijking aangewassen kwelder, en heeft het de betekenis van: "gebied aan water". Wellicht heeft het er vroeger uitgezien zoals dit schorre en slikkengebied in de buurt van de Schelde:


Ik vraag me trouwens wel af waarom er zoveel verschillende woorden zijn voor hetzelfde: er zijn maar liefst acht synoniemen voor schoor: nam, nes, gors, schor, gorzing, kardoes, kwelder, en alluvium. Goed om te weten voor de liefhebbers van kruiswoordpuzzels onder ons!

Er bestaat ook nog een andere versie, namelijk schoor in de betekenis van brug. In 16e eeuwse archieven wordt gesproken over een 'brug over afvoersloot van peelwater'. Over deze brug (schoor) werd vermeld dat hij tenminste 7 voet breed moest zijn en dat men verplicht was 's zomers en 's winters onderhoud te plegen opdat eenieder er over kan 'vaeren zonder klagten'.


woensdag 26 maart 2008

Hoe zit het met de lis?

Gisterenavond, voor het begin van mijn wekelijkse oefenavond als tenor+bassist van de Nederweertse shantygroep 'Aan Paol 60' kwam een koorlid met de suggestie dat de naam 'Liskes' wel eens een verbastering kon zijn van de lis.

Als de lis, ook bekend onder de naam iris, vroeger op de plek van de Liskeshoeve overvloedig voorkwam, dan zou het best kunnen dat de boerderij naar die bloem is vernoemd. Wie het weet, mag het zeggen...


Trouwens, over de shantygroep Aan Paol 60 gesproken: binnenkort bestaan we 5 jaar, en dat wordt gevierd met een heus shantyfestival op zondag 22 juni in Nederweert! Toegang is gratis, dus dat mag geen belemmering zijn om zelf eens te komen luisteren naar de zeemansliederen.


Zinge kome vae veur uch, met un hiel schoen leêt.
Over storm en de zieë, vrullie drank en lol.
Vae zeên de shantymen, zinge gaer veur uch.

Meer informatie is te vinden op de website van Aan Paol 60. Ahoy!


Bouwaansluiting

Uiteraard moeten we tijdens de bouw zorgen voor een tijdelijke voorziening van stroom en water op de bouwplaats, de z.g. bouwaansluiting. Maar eerst moeten de bestaande aansluitingen voor water, gas en electra worden verwijderd, want slopen met nog druk of prik op de leidingen is natuurlijk vragen om moeilijkheden. Bovendien: je mag niet eens beginnen met slopen als de boel niet formeel is afgekoppeld. Dus maar eens gekeken op de site van Essent of we daar iets kunnen vinden over een bouwaansluiting. Zoeken op 'bouwaansluiting" in de diverse rubrieken levert niks op.

Na een tijdje vruchteloos zoeken op de site van Essent, besluit ik tot een strategie die me al vaker heeft geholpen: ik laat Google een relevante afbeelding zoeken. En ja hoor: zoeken naar een plaatje van een bouwaansluiting voert me direct naar een brochure van Eneco over bouwaansluitingen. Hier staan alle stappen die je moet nemen, maar bij wie je daarvoor moet aanmelden in Limburg, is me nog niet duidelijk.

Na weer wat zoeken, kom ik terecht op een site waar je een aanvraag kan indienen voor werkzaamheden, die samenwerking vereisen tussen de verschillende energie-bedrijven in Nederland. In één klap kan je zaken regelen rond gas, electra, water, telefoon en kabel. Da's handig. Er is een formulier voor het verwijderen van bestaande aansluitingen, én een formulier voor een tijdelijke aansluiting, dus twee formulieren ingevuld en opgestuurd. Na een weekje krijgen we een brief thuis met een offerte en een opdrachtbevestiging voor de verwijdering van gas en stroom, maar nog niks over een bouwaansluiting.

Maar we worden gebeld door zowel Essent als WML voor een toelichting, en dan blijkt dat de verwijdering en de plaatsing van een bouwaansluiting in één keer moet, want waarschijnlijk wordt bij de bouwaansluiting gebruik gemaakt van de bestaande leidingen. Ook bleek dat de bestektekening niet was aangekomen, dus die nog maar een keer ouderwets gefaxed.

Hopelijk kunnen we deze week de zaak rond breien, want voordat de werkzaamheden zijn uitgevoerd, zijn we zo maar weer een week of vier verder. En voor die tijd mogen we niet slopen. Dus mocht u nog afscheid willen nemen van de oude Liskeshoeve: de boerderij staat er nog minstens een maand.


dinsdag 18 maart 2008

De zes stadia van een bouwproject

Marianne kreeg via de gewone mail de volgende informatie over de zes stadia van een bouwproject. Wij fietsen zelf nog heen en weer tussen stadium 1 en 3 - want we zijn nog niet zover dat we iemand ergens de schuld van moeten geven (en hopelijk duurt dat ook nog een hele tijd..... Bedankt voor het delen van je ervaring met bouwprojecten, Ger!


Hallo Marianne en Erik,

Ik heb met plezier gelezen over jullie bouw van de Liskeshoeve. Het ziet er allemaal schitterend uit, en ik wens jullie dan ook veel succes toe in de komende tijd. Er zijn onderdelen bij die ik herken van uit mijn bouwperiode. Het onwerp vind ik enigzins futuristisch, waar het onderdeel boerderij echt wel in terug te vinden is. Je zou bijna zeggen,een boerderijtje in de boerderij!! Prachtig.

In de tijd dat ik bij de gemeente was, en men kwam enthousiast binnen van "Hoi, we gaan bouwen", dan attendeerde ik ze op de zes stadia van een project, weergegeven op een poster van ongeveer 100 cm hoog die bij mij op kantoor tegen de wand hing:


Velen hebben mij later verteld dat er een redelijke waarheid schuilt in die stadia, vooral de derde ! Dat wil niet zeggen dat de projecten niet tot een goed einde zijn gekomen, maar de diverse perioden bleken redelijk te kloppen.

Iets om in de kamer op te hangen. Marianne vond dat ik dit maar eens naar jou moest doorsturen. Ik hoop dat je met veel plezier de stadia doorstaat...

Nogmaals veel succes, ik zal het bouwproces blijven volgen.
Groetjes, Ger Billekens


zaterdag 15 maart 2008

Witte Rook!

Eindelijk is het zover: we hebben de formele goedkeuring van de provincie voor bouwfase 1 gekregen! Deze belangrijke mijlpaal hebben we dus gepasseerd, en kunnen we daadwerkelijk aan de slag in Schoor. Hoewel.... we wachten nog op de sloopvergunning, maar dat zal naar verwachting niet lang meer duren.
Ondertussen zijn we met de architecten, de aannemer en allerlei adviseurs en deskundigen bezig om bouwfase 2 rond te krijgen, zodat ook deze kan worden voorgelegd ter goedkeuring.
Zo ploegen we langzaam maar zeker voort in 'vergunningen-land', maar na alle maanden van voorbereiding komt nu toch eindelijk de realisatie fase in zicht. Maar nu eerst een glas champagne!

woensdag 5 maart 2008

Systeem Architectuur

De term 'architectuur' wordt in de ICT sector al vele jaren gebezigd, meestal voor de omschrijving van een technische infrastructuur. Ondanks de weerstand die bestaat bij sommige bouwkundige architecten tegen het in hun ogen onterechte gebruik van hun titel, is de rol van architect toch gemeengoed geworden in de wereld van de software-intensieve systemen. Zo ben ik zelf al jarenlang bezig als software & systeem architect in de industriële automatisering, de laatste twee jaar vanuit mijn eigen bedrijf ImprovemenT.

Volgende week start een intensieve training genaamd 'Masterclass System Architecting', die ik samen met een collega heb opgezet. Met een tiental systeem architecten, ieder met jarenlange ervaring in het ontwerpen en realizeren van complexe, software-intensieve apparaten (zoals satelieten, medische scanners, machines om PC processoren te maken, digitale TV's, etc.) gaan we een traject in om te leren van elkaars praktijkervaring op het gebied van 'system architecting'. Derhalve kijk ik ook vanuit mijn eigen expertise naar hoe de architecten van Nexit te werk gaan in het Liskeshoeve project. Ik hou van metaforen en vaak wordt problematiek ineens duidelijker door een treffende vergelijking met een ander vakgebied.

Het allereerste dat opvalt, is het directe en intensieve kontakt van de architecten met ons, de opdrachtgevers. Er is nog geen steen gelegd van de nieuwe Liskeshoeve, maar we hebben al een groot aantal interactieve sessies achter de rug met maar één doel: absoluut kraakhelder krijgen wat wij willen: welke (toekomstige) functies moeten vervuld kunnen worden in het gebouw, welke sfeer en uitstraling moet het krijgen, hoe past het in de omgeving, wat vinden wij mooi en spannend, is het beschikbare budget, enz.
Hiertoe zijn verkennende schetsen en montagefoto's gemaakt, fotoboeken bekeken, schaalmodellen in elkaar gezet, samen in de auto gestapt en allerlei bestaande projecten bezocht - en al creatieve ideeën uitwisselend en brainstormend zijn we samen van een abstract idee steeds concreter geworden. Deze interaktie is zo wezenlijk - wat zou het goed zijn als software/systeem architecten op eenzelfde manier kontakt zouden hebben met hun klanten! Helaas zijn vandaag de dag veel apparaten zo omvangrijk en complex geworden (niet zelden werken honderden engineers tegelijk aan een machine), dat de opdrachtgevers en/of eindgebruikers helaas vaak uit beeld zijn verdwenen.

In het traject dat we samen met de architecten zijn aangegaan, is het essentieel dat er adequaat op onze eisen, wensen, zorgen, vragen, etc. wordt gereageerd. Ik heb het dan over de in onze snelle wereld ondergeschikt geraakte vaardigheid 'de kunst van het luisteren'. De uitdaging voor een architect is om de (vaak impliciete) perceptie van de opdrachtgever zo duidelijk mogelijk te maken, en daarbij aan te geven wat de impact is van bepaalde wensen, soms door te vragen naar de onderliggende behoefte, en daarbij hoort ook het aanreiken van alternatieven. Tegelijk zal de architect trouw moeten zijn aan z'n vakinhoudelijke visie, waardoor klantwensen op een acceptabele wijze landen in de architectuur. Dit is (in ieder geval voor ons) voor een groot deel een gevoelskwestie: net als Marianne heb ik een sterk ontwikkelde intuïtie, en geveinsde interesse prik ik vrijwel direct door. Bij onze architecten heb ik het gevoel dat ze het als een gezamenlijke verantwoordelijkheid zien om ons 'droomhuis' te verwezenlijken, en moeite doen om onder onze huid te kruipen.


Een ander aspect is de rol van de aannemer. Pas onlangs is de hoofd-aannemer in het proces betrokken, om het door de architecten aangeleverde bestek in detail uit te werken, en een begroting plus tijdspad te maken, en waar nodig onder-aanemers te recruteren. Wat mij opvalt, is dat de architecten de aannemer scherp bij de les houden: niet zelden zijn ze met de aannemer aan 't sparren over een technisch detail. Dus er is geen sprake van dat de architectuur 'even over de muur gegooid wordt' bij de aannemer - integendeel. Ook nemen de architecten waar nodig, externe adviseurs in de arm - uiteraard om er zeker van te zijn dat het ontwerp aan alle bouwkundige eisen gaat voldoen, maar volgens mij ook om de aannemer zo goed mogelijk aan te kunnen sturen. Toch heb ik niet de indruk dat ze het werk van de aannemer aan 't doen zijn: het aandachtsgebied van beide disciplines is duidelijk verschillend, en waar het overlapt wordt in constructieve samenspraak de boel opgelost.

Weer even terug naar mijn eigen domein: zoals al eerder gesignaleerd door één van mijn inspirators Jaap van Rees, is deze afbakening tussen het werk van de architect en aannemer in de meeste gevallen ver te zoeken in het systeem creatie proces. Hoewel je lang niet altijd de vergelijking tussen het bouwen van een huis en een software-intensief systeem zoals een MR-Scanner kunt trekken, kun je wel stellen dat in mijn vakgebied de architect tegelijkertijd ook de aannemer is, en zich vaak vrijwel uitsluitend richt op de technische realisatie van het systeem. Wat ik nu juist zo sterk vind in het Liskeshoeve project, is de controlerende en sturende rol van onze bouwkundige architecten wat betreft de realisatie. Deze distantie, die naar mijn inschatting noodzakelijk om deze cruciale rol goed te kunnen vervullen, vind ik maar zelden terug in mijn vakgebied.

Toch verwacht ik van onze architecten dat ze straks regelmatig de laarzen aantrekken, en samen met de aannemer in de modder staan. Een architect die zich verre houdt van de realisatie van z'n ontwerp, is wat mij betreft geen knip voor z'n neus waard. Zo'n houding komt de doelmatigheid van een volgend ontwerp niet echt ten goede, zou ik zeggen. Maar dat betekent niet dat de architect ook moet gaan staan te metselen....

Bottom line komt het neer op vertrouwen. Als een architect er blijk van geeft zich in mij te kunnen verplaatsen, dan groeit bij mij het vertrouwen dat er straks een huis staat waar we met plezier in kunnen wonen en werken. Als een architect laat zien dat hij beschikt over vakmanschap, dan groeit bij mij het vertrouwen dat het ontwerp ook 'maakbaar' is, en we ons straks niet gaan ergeren aan allerlei kinderziektes en ontwerpfouten. En als een architect zich opstelt als kritische en corrigerende 'volger' van de uitvoerders, dan groeit bij mij het vertrouwen dat de kwaliteit is gewaarborgd en er niks over het hoofd wordt gezien. Want hoe kan ik in godsnaam beoordelen of het noodzakelijk is om 'de regels zwart te soppen'? Ik heb inmiddels het vertrouwen dat ik dat rustig aan het oordeel van onze architecten kan overlaten!


maandag 3 maart 2008

De Verholen Goot

Bij het samen met de architecten uitwerken van alle plannen ten behoeve van bouwfase II, kwam het principe van de 'verholen goot' ter sprake. Weer zo'n zinnenprikkelende uitdrukking, en uiteraard wil ik gelijk weer het naadje van de kous weten.

Het woord 'verholen' heeft weliswaar dezelfde klank als 'verscholen', maar toch is het niet helemaal hetzelfde. En dat blijkt ook als ik de exacte betekenis opzoek in het woordenboek: 'verholen' heeft ook iets geheimzinnigs: naast 'verdekt' en 'ondergronds', wordt het tevens gebruikt voor het duiden van heimelijke, onderhuidse, cryptische of zelfs mystieke aangelegenheden.... Dat maakt nieuwsgierig - dus snel naar onze 'verholen goot'

Een verholen goot is een nauwelijks zichtbare goot tussen bv. de zijkant van een dakkapel en het dakbeschot en de pannen, meestal voor een deel onder de dakpannen. Kort gezegd is een verholen goot een goot die onder de dakpannen loopt. Ook een `normale` goot die nauwelijks zichtbaar is aan de voorzijde van het huis wordt wel (onterecht?) een verholen goot genoemd.

En hoe zit het nu bij de Liskeshoeve? Hiervoor gaan we te rade bij Addy, die het ons in echte architectentaal uit de doeken doet:

Het verholen goot principe wordt toegepast bij de aansluiting van het dakpakket op de betimmerde kopgevels. Hierbij combineren we in één gestileerd detail twee principes; namelijk een 'zinken afdekker' met 'kraal' t.b.v. de bescherming van het kops hout van de gevelplanken (het 'beschot') en een verholen zinken goot waarmee een waterdichte aansluiting op het pannendak wordt gegarandeerd. Het detail loopt door ter plaatse van de lang(s)gevels omdat ook deze met pannen worden bekleed. Bij de Liskeshoeve wordt dit detail wellicht toegepast in de vorm van gepatineerd zink, of zink voorzien van een coating als dit nodig blijkt i.v.m. het uitlogen van riet. We zullen dit nog in overleg met de rietdekker moeten bepalen omdat er natuurlijk relatief weinig lekwater vanuit het riet door de verholen goot wordt afgevoerd.

Op de foto van het project in Schuytgraaf (Arnhem) is goed te zien hoe dit detail zich in de werkelijkheid presenteert. Het zink wat je hier ziet is net nieuw en zal in de loop der tijd het typerende dofgrijze zinkpatina krijgen. Tot zover Addy.

Overigens, toch heeft de bouwwereld wel een heel eigen vocabulaire. Kom ik toch net een speciale variant van de verholen goot tegen: de z.g. 'kilgoot'. Leest u even mee?
"Een kilgoot zorgt voor de afvoer van hemelwater tussen twee bij elkaar komende hellende daken. Voor het vastzetten van een kilgoot wordt gebruik gemaakt van klangen." Klangen? Nou ja, als het maar goed vastzit, nietwaar? Want je wilt toch niet meemaken dat je bij de eerste de beste najaarsstorm opeens je kilgoot voorbij ziet komen waaien...